Ervaringsverhalen

Welkom op de Ervaringsverhalen pagina van De Kentering. Hier staan aangrijpende verhalen over mensen die te kampen hebben met een psychische kwetsbaarheid. Van depressie, burnout, autisme, psychoses en schizofrenie komen aan bod.

Wilt u zelf ook een persoonlijk verhaal op deze site zetten over uw ervaringen met uw psychische kwetsbaarheid dan kan dat. Neem hiervoor contact met ons op.

Ervaringsverhalen

Corona en Zorgtoestand - Anneke van ZEBRA

Veel mensen om mij heen inclusief mijzelf moeten weer een nieuw balans vinden nu er corona heerst. Veel activiteiten kunnen niet meer doorgaan. Manieren om met spanning en emoties om te gaan worden beperkt. Ik ging bijvoorbeeld twee keer in de week zwemmen, waarvan een keer met een vriendin. Het zwemmen en het in contact zijn met mijn vriendin hielp mij met mijn dagstructuur, mezelf activeren, in contact blijven met mijn gevoelens en mijn omgeving. Dit is nu weggevallen. Daarnaast merk ik om mij heen dat mensen kwetsbaar(der) zijn geworden. Ik wil er graag voor ze zijn. Ik wil zorgen voor de ander, zorgen voor de mensen om wie ik geef.

Steun

Vroeger zou ik meteen de ‘zorgstandknop’ voor de ander hebben ingedrukt. Ik zou me volledig op de ander focussen en mezelf compleet wegcijferen. Ik zou de ander zo min mogelijk willen belasten met mijn gedachten en gevoelens. Ik zou uit contact gaan met mijn eigen gedachten en gevoelens. Ik zou mezelf vergeten. Gelukkig heb ik bijgeleerd, want op de langere termijn heb ik vooral mezelf hiermee. Ik zet niet de zorgstand aan. Althans, niet de zorgstand voor de ander. Ik merk op dat ik wil gaan zorgen. Ik merk op dat er beroep wordt gedaan op mijn zorgknop en ik deze wil indrukken. 

Nu denk ik bij mezelf: wat heb ik nodig? Contact maken helpt mij. Hoe ga ik dit doen? Ik besluit met mezelf af te spreken om de ander een luisterend oor te bieden, maar ook om mijn verhaal te doen en om een luisterend oor te vragen. De veranderde situatie raakt mij ook. Ook ik mag steun vragen. Ook ik ben belangrijk. Ook ik verdien zorg. Ook jij verdient zorg. Zorg goed voor jezelf. Vraag en zoek steun. Ik merk echter ook op dat ik me slechter begin te voelen. Vroeger zou dit juist een reden zijn om de zorgstand volledig vol overtuiging in te drukken (en deze met alles in mij ingedrukt proberen te houden).

Anneke ZEBRA
(Zelfbeschadiging Erkennen Begrijpen Reduceren Accepteren)

Grote verandering - Anneke van ZEBRA

Ik ben op mijn kamer. Ik zit op mijn bed. Ik kijk naar mijn kamer. Ik start mijn laptop op. Ik open mijn mail. Geen nieuwe mails. Ik open Facebook en scrol dit gedachteloos door. Ik voel me leeg. Ik zet Netflix aan. Ik zet iets op wat ik al heel vaak gekeken heb. Ik kijk weer naar mijn kamer. Ik denk: “Ik ben alleen.” Ik ben alleen en ik zucht. Ik had gehoopt dat ik me nooit meer zo zou voelen. Ik staar voor me uit. Zo zit ik wel een uur. Plotseling word ik gestoord.
Niet alleen
Bzzz. Bzzz. Bzzz. Mijn telefoon trilt. Ik kijk naar het scherm. Ik twijfel of ik op zal opnemen. Ik besluit dit toch te doen. Tien minuten later voel ik me iets beter. In plaats van voor me uit te blijven staren en mezelf proberen te verdoven met Netflix, zet ik een kopje thee. Ik scan mijn signaleringsplan. Ik had er niet meer aan gedacht, maar er zijn dingen die ik kan doen. Dingen die me helpen om me beter te voelen. Ik zet Netflix uit. Ik log uit bij Facebook. Ik maak een knus hoekje bij de verwarming. Ik pak wat lekkers voor bij de thee en ik pak mijn kaartenboek erbij. Ik blader erdoorheen en lees de lieve berichten die anderen geschreven hebben.

Het valt als een warme deken over me heen. Ik ben alleen, maar ik hoef me niet alleen te voelen. Ik pak mijn telefoon. Ik bel iemand op die ik al een lange tijd niet gesproken heb. Ik zeg: “Goh, ik heb je al een tijd niet gesproken. Hoe gaat het met je?” 

Contact

Als ik dit teruglees, raakt het me. Ik vind het jammer dat ik me nog zo rot kan voelen. Daarentegen zie ik ook een grote verandering. Vroeger zou ik de telefoon niet hebben opgenomen. Ik zou de hele avond en misschien wel de volgende dag me nog steeds zo rot hebben gevoeld en niks hebben gedaan. Nu nam ik op en heb ik vervolgens deze hulp toegelaten. Ik heb contact gemaakt. Daarnaast ben ik nog een stapje verder gegaan en ben ik actief contact gaan zoeken met iemand anders. Hoe zorg jij voor jezelf als je je alleen voelt? Op wie kan jij bouwen? Zorg goed voor jezelf!

Anneke – ZEBRA
(Zelfbeschadiging Erkennen Begrijpen Reduceren Accepteren)

Uitglijden en weer opstaan - Stefan Groothuis

“Ik ben kierewiet geweest” staat in chocoladeletters boven het interview met Stefan Groothuis. In tijdschrift Nusport vertelt de topschaatser eerlijk en openhartig over de zware depressie die hem in 2011 in zijn greep hield. Het is opvallend dat een bekende Nederlander als hij het maatschappelijke taboe op psychische problemen durft te doorbreken en moedig de ‘route-Mike Boddé’ volgt. De cabaretier publiceerde in 2010 het boek Pil over zijn depressie.
Stefan Groothuis is onder meer zes keer Nederlands kampioen sprint geworden en toen de ‘zwarte mist’ was opgetrokken voegde de schaatser de titel wereldkampioen sprint aan zijn palmares toe. Op de Olympische Spelen van Sotsji (2014) won hij zelfs goud op de 1000 meter. Maar hij heeft van ver moeten komen. De overhaaste aankoop van een huis waar hij te veel geld voor had betaald, kostte hem zo’n beetje al zijn spaargeld en stortte hem in een peilloze afgrond. “Ik raakte in paniek, sliep een maand lang twee à drie uur per nacht. De gedachtes stapelden zich op, malen en malen en malen. Het vermogen was verdampt, de huizenmarkt ingestort en wat voor een perspectief had ik voor na het schaatsen, zonder afgemaakte studie?”
Geluk
Zelfs zware slaappillen hielpen Groothuis niet, bètablokkers alleen bleken evenmin voldoende. Uiteindelijk ging hij met valium wel beter slapen. Een periode met ‘de meest zwartgallige gedachtes’ volgde evenwel. Mindfulness, yoga, meditatie, religie, ze boden geen van alle soelaas. Wat wel hielp was het opschrijven van zijn gedachten, die daardoor minder duister werden. Ook raakte hij als scepticus enthousiast voor astronomie, kosmologie en fundamentele natuurkunde. Een en ander verbeterde zijn gemoedstoestand. Ook op het ijs lachte het geluk hem weer toe met als kroon op het werk de gouden medaille op het WK sprint in Calgary (2012) en twee jaar later dus hetzelfde edelmetaal op de Spelen. Met een open houding gaat hij de toekomst tegemoet, waarbij hij erop probeert te vertrouwen later ook zonder schaatsen een leuke en zinvolle invulling aan het leven te kunnen geven.

Stefan Groothuis

Taboe
Voor de mensen die kampen met geestelijke problemen is het een goede zaak dat bekende Nederlanders ervoor uit durven komen ook daardoor getroffen te zijn of te zijn geweest. Zoals Groothuis aangeeft: “Er zijn veel mensen die hier last van hebben. Als je van je psycholoog hoort hoeveel mensen last hebben van suïcidale gedachten … het is een heel groot taboe.” Een groot compliment voor Stefan Groothuis! Hij heeft zich knap teruggeknokt en door zijn openhartigheid helpt hij psychische problemen beter bespreekbaar te maken. Lof en hulde! (Bron en citaten: Nusport, nr. 2, 2013. Ook op tv heeft Groothuis zijn verhaal gedaan, zie Groothuis Creeerde Hel In Zijn Hoofd)

P.S. Per e-mail laat Stefan nog weten: “Ik ben zelf ook erg blij dat de redenen waarom ik het wilde vertellen goed weergegeven zijn door de media. Het is echt heel bijzonder wat voor mailtjes ik krijg van voor mij onbekenden, die schrijven dat ze er echt wat aan hadden. Zelfs een vrouw, die ik dus niet kende, die mij mailde dat ze meteen de volgende dag de stap naar haar huisarts had genomen om psychologische hulp te zoeken. Daar werd ik toch wel even stil van.”

365 Dagen Autisme - Gijs Horvers

365 dagen autisme is een (bijna) dagelijkse blog van Gijs Horvers.

Gijs is ervaringswerker autisme, actief als trainer/coach en geeft landelijk lezingen over autisme.

Bekijk informatie over Gijs Horvers en zijn youtube kanaal via onderstaande links:

Een depressie overwonnen - Mike Boddé

Mike Boddé is één van de bekendste cabaretiers van Nederland. Minder bekend was dat hij jarenlang leed aan een zware depressie. Totdat hij het boek ‘Pil’ schreef, waarin hij openhartig vertelde over deze moeilijke periode in zijn leven. ‘Pil’ werd een groot succes. Veel tv-interviews en voorlichtingen volgden. Inmiddels heeft Mike zijn depressie overwonnen en is hij weer volop bezig met cabaret en muziek maken.
Mike vertelt dat het momenteel goed met hem gaat. Hij slikt al sinds 1998 een medicijn voor zijn depressie, Anafranil. Dat helpt goed, maar het heeft wel de vervelende bijwerking dat het hem dik maakt. Maar aan de andere kant heeft hij al bijna 15 jaar geen depressies meer. Wel moet hij zichzelf in acht nemen, dus niet teveel werken en voldoende rust nemen. Mike heeft nu een werkweek van ongeveer 3 tot 4 dagen. Vaak werk hij ’s avonds, als hij moet optreden, maar ook overdag. Hij heeft in bibliotheken en theaters uit ‘Pil’ voorgelezen, maar ook in een Tbs-kliniek.
Positieve reacties
De reacties op ‘Pil’ waren overwegend goed, vertelt Mike. Veel mensen herkenden het. Na een voorlichting kwamen er vaak mensen naar hem toe, die vertelden dat ze hetzelfde hadden meegemaakt. Dus er waren vooral positieve reacties. Ook heeft hij een enkele negatieve reactie gehad, vooral van religieuze mensen die zich ergerden aan het gevloek in het boek. Maar dat waren vaak eenlingen.
Taboe
Ondanks dat behoorlijk wat mensen te maken krijgen met een depressie en andere psychische klachten, rust er toch nog een groot taboe op. Mike vertelt dat het voor hem het vrij makkelijk is om over zijn depressie te praten. In de artistieke wereld waarin hij werkt wordt er met meer openheid gesproken over dat soort dingen. Maar voor advocaten bijvoorbeeld ligt dit volgens hem heel anders. Als een advocaat vertelt dat hij een depressie heeft gehad, kan dit een promotie verknallen. Maar zelf is hij er heel openhartig over. Wel heeft Mike soms getwijfeld over of hij ‘Pil’ wel of niet zou schrijven. Dat kwam vooral door bepaalde gênante details, zoals de suïcidale gedachten die hij destijds had. Maar hij is blij dat hij het boek toch heeft geschreven. Misschien heeft het geholpen om het taboe te bestrijden, maar het taboe is nog lang niet weg.
Als meer bekende Nederlanders zouden vertellen over hun psychische klachten, zou het taboe langzaam minder worden, denkt Mike. Hij kent een batterij aan BN’ers die een depressie hebben, maar er niet openlijk over praten. Ze zijn bang dat het hun carrière schaadt.
Dromen
Mike vertelt dat hij momenteel bezig is met een boek over dromen. Die zijn nu anders dan tijdens zijn depressie. In het dieptepunt van zijn depressie werd hij vaak wakker gehouden door geluiden in zijn hoofd. Vaak gebeurde dat in de overgang van waken naar slapen. Nu droomt hij over de bekende thema’s, zoals dat je kunt vliegen. Of dat hij zich in een situatie bevind, waarin hij niet weet waarom hij ergens is en anderen wel. Alsof er een soort ‘code’ is. Maar ook droomt hij soms om af te gaan; een schlemielige indruk te maken. Eén keer is hij ook echt afgegaan op de bühne, toen hij met Thomas van Luyn in Middelburg moest optreden. Thomas was een uur te laat voor de voorstelling. Mike besloot toen om in zijn eentje het podium op te stappen en het eerste uur van de show alleen te doen. Dat was geen succes. Maar nu is het “water under the bridge”.

Mike Boddé

Genieten van de kleine dingen

Na de depressie ging alles veel makkelijker voor Mike. Dat geldt waarschijnlijk voor iedereen die een zware periode heeft meegemaakt, zegt hij. Mike kan nu meer genieten van de kleine dingen, zoals een wijntje of een kaasplankje. Ook is hij nu eerder tevreden.

Toen Mike midden in zijn depressie zat, kan hij zich ook niet meer creatief uiten. Hobby’s als pianospelen gingen niet meer, de creatieve dingen hielden helemaal op. Het enige dat een tijdelijke verlichting bood was hardlopen en fietsen. Dat bood een tijdelijke verlichting. En de creatieve dingen die hij schreef, waren “troep”.
Voor of tegen medicijnen

Op de vraag hoe Mike aankijkt tegen de discussie over medicijnen, antwoord Mike dat therapie altijd ideaal is. Maar als iemand een gevaar wordt voor zichzelf of anderen, dan zijn medicijnen goede hulpmiddelen. Ongeveer de helft van alle depressieve mensen is geholpen met medicijnen. De laatste jaren is er veel ophef over bepaalde medicijnen, maar bij een zware depressie zijn medicijnen belangrijk. Therapie helpt dan niet. Niettemin werpen de jaren, waarin Mike therapie heeft gehad, nu hun vruchten af. Bijvoorbeeld de cognitieve gedragstherapie, waarin je leert om je eigen gedachten te analyseren. Vaak blijkt dan dat je negatieve gedachten helemaal niet reëel zijn. Nu helpt hem dat, maar tijdens de depressie niet.

Mike ziet er ook niet tegenop om voor de rest van zijn leven medicijnen te gebruiken. Een zware depressie was voor hem een “trip naar de hel”. Dat wil hij niet meer meemaken. Het enige lastige van de medicijnen is dat hij er veel door aankomt. Maar dat neemt hij voor lief.
Humor
Ondanks het zware onderwerp, zit er ook veel humor in “Pil”, beaamt Mike. Dat helpt mensen om het boek door te komen. Veel andere boeken over depressie zijn te zwaar, vind hij. Maar zijn dagboek van die tijd was erg somber. Pas na tien jaar kon hij het een beetje relativeren en er iets zinnigs over zeggen.
De toekomst
Tot slot vraag ik Mike of hij wel eens bang is dat de depressie terugkomt. Hij zegt dat dat de laatste jaren niet meer het geval is. De eerste jaren na zijn depressie was hij daar wel bang voor, vooral als hij somber werd. Maar na 15 jaar, zegt hij, is hij “stabiel”.

Door: Job Schellekens

Psychosegevoeligheid als zingeving - Henk Driessen

Als jonge jongen was ik al een buitenbeentje. Ik werd altijd als laatste gekozen bij de sportwedstrijden en was de pispaal van de klas. In mijn geboortedorp Vlierden voelde ik mij een vreemde eend in de bijt.

Ik ben een laatbloeier, ik begon met de mavo en eindigde met de universiteit. Ik ging Fiscaal Recht studeren. Toen ik nog drie tentamens moest maken en de scriptie, zou ik waarschijnlijk cum laude zijn geslaagd. Helaas knapte ik echter af. Ik was zwaar overspannen, zei men.

Of ik al die jaren gelukkig was? Nee, ik was in mijn jeugd al psychisch een wrak. Ik stortte mij op de studie want dat was mijn laatste strohalm. Maar ik wist totaal niet wat ik met mijn leven aan moest. Ik was zo bang om een mislukkeling te worden.

Tijdbom
Mijn godsdienstwanen zorgden ervoor dat ik in de psychiatrie belandde. Tijdens mijn psychose gingen er duizenden gedachten door mijn hoofd heen, dat is de engste ervaring die ik ooit in mijn leven heb gehad. Verder leek het net alsof mijn hoofd een tijdbom was die ieder moment op het punt stond om te ontploffen.
Mijn godsdienstwanen waren dat ik meende door de duivel bezeten te zijn en ik had de gedachte dat ik door de duivel de dood ingejaagd werd. Verder had ik chronische kiespijn aan mijn hele gebit terwijl ik een kerngezond gebit had. Ik ging naar de tandarts en die beweerde dat er met mijn tanden niets aan de hand was. Toen bleek dat het hallucinaties waren.
Jarenlang ging ik door een hel. Het liefste wilde ik dood en ik wist totaal niet wat ik met mijn leven aan moest. Mijn verleden verheerlijkte ik, terwijl dat ook een puinhoop was. Ik denk dat cliënten uit de psychiatrie hun verleden verheerlijken omdat ze bang zijn dat ze anders niets voorstellen.
Zon
Toen kreeg ik de juiste medicijnen. Eindelijk begon voor mij de zon weer te schijnen. Maar niet helemaal, want ik werd horecaverslaafd. De hele dag door zat ik in de snackbar. Ik at drie keer per dag friet met frikadellen. Op een gegeven moment woog ik 120 kilo.
Een kennis van mij stelde toen voor om lezingen over psychosegevoeligheid te gaan geven. Ik schreef dezelfde nacht nog een lezing uit en meldde me aan bij de middelbare scholen in mijn dorp.
Twee weken daarna stond ik voor de klas, doodzenuwachtig. Maar de jeugd lachte om mijn grappen en na de lezing kreeg ik een daverend applaus. “Het is ingeslagen als een bom!”, zei de leraar. Mijn hoogtepunt was toen ik voor tweehonderd studenten een lezing gaf op de Universiteit van Tilburg. Ze gaven mij een staande ovatie.

Henk Driessen

Ik was via de achterdeur vertrokken vanwege mijn psychose, nu kwam ik weer door de voordeur binnen.
Passie

Vanaf 1994 ben ik al lid van Anoiksis
(een organisatie voor mensen met psychose-gevoeligheid, red.), in 2009 werd ik actief lid. Ik was coördinator van de regio Oost-Brabant. De redacteur van het kwartaalblad vroeg of ik daarvoor stukjes wilde gaan schrijven. Dat doe ik nu alweer zeven jaar. Ik mag me zelfs hofleverancier noemen van dat tijdschrift.

Schrijven is mijn passie. Ik houd interviews namens voetbalvereniging SV Deurne die op de site komen te staan. Verder heb ik een blog op Facebook die veel gelezen wordt. Ook ben ik materiaalman bij SV Deurne geweest. Ik werd in het begin met argusogen bekeken maar kort daarna werd ik mateloos populair. Het hele thuispubliek zingt bij een wedstrijd in koor: “Er is maar één Henkie Driessen!” Dat is een eerbetoon aan mij. De voetbalcultuur is mijn leven geworden.
Wat betaald werk betreft ben ik mislukt, wat vrijwilligerswerk betreft zeer geslaagd.
Kortom, Henk Driessen is een ongepolijste diamant.

Door: Waldemar Krijgsman

Persoonlijk ervaringsverhaal - Diana Wolsink-van Landeghem

Door lang geleden te veel bezig te zijn geweest met ‘spirituele verlichting’, kreeg ik veel ervaringen in één keer en dit werd gezien als een psychose/ziekte. Het krijgen van te veel medicijnen maakte me zo somber (bijwerking) dat ik niet meer verder wilde leven. Ik heb een jaar lang deze dosering gehad en vier suïcidepogingen ondernomen.
Ik ging toen afbouwen en wilde ‘ineens’ weer leven.
Twee jaar later volgde er opnieuw een psychose, door een verandering van medicijn, en belandde ik vanuit Groningen in Heerlen, bij de Mondriaan Zorggroep, waar mij opnieuw een jaar lang een dusdanig hoge dosering antipsychotica werd toegediend, dat ik niet meer verder wilde leven. Ik heb acht suïcidepogingen ondernomen in dat jaar.
Ziekte-inzicht
De psychiater vond dat ik geen ziekte-inzicht had omdat ik niet achter deze (dosering) medicijnen stond, maar volgens mij geeft het geen blijk van ziekte-inzicht als je het normaal vindt dat je medicijnen krijgt waardoor je dood wilt.
Nee, dan heb ik geen ziekte-inzicht.
Na een lange strijd met en tegen de psychiatrie begon het vanaf 2011 eindelijk beter te gaan. Vanaf 2011 wordt er rekening gehouden met mijn medicijnen, met name met de bijwerkingen van hoge(re) doseringen. Vanaf 2011 wordt er gezocht naar andere oplossingen dan medicijnen en alleen in noodgevallen wordt de dosering ietsepietsie verhoogd, maar al snel weer verlaagd. Sinds 2011 is mij de wil om (verder) te leven niet meer ontnomen. Sinds 2011 begon ik mij veilig(er) en vertrouwd te voelen.
Herstel
Ik heb veel vrijwilligerswerk gedaan en altijd met veel passie. Om te beginnen op een geitenboerderij, pannenkoeken bakken voor klanten en in het winkeltje staan. Daarna in een natuurvoedingswinkel, samen met mijn huidige man, dit anderhalf jaar lang. In Heerlen ging ik in de Wereldwinkel werken, had daarnaast nog andere baantjes en pakte mijn studie psychologie weer op (ik wilde wel dood, maar moest toch wat).
In 2011 kwam ik terug in Groningen en ging drie jaar in een bejaardentehuis werken als activiteitenbegeleidster en in de bibliotheek. Na twee maanden in een winkel voor tweedehands kleding ging ik uit boeken mezelf leren websites te bouwen. Ik stopte in die tijd met mijn studie omdat het naar mijn idee nog te lang zou duren voordat ik mijn diploma had.

Diana Wolsink-van Landeghem

Inmiddels heb ik mijn eigen bedrijf, Diana Designs, doe aan webdesign en aan grafisch ontwerp en vind het heel erg leuk. Mijn opleiding grafisch vormgever is inmiddels grotendeels voltooid.
Daarnaast heb ik zes boeken geschreven, waarvan reeds vijf zijn uitgegeven. En ik schrijf voor een paar tijdschriften (Psyblog, Open Geest, Lentis Magazine) en zo nu en dan voor andere mensen/websites/instellingen.
Ik kan mezelf dus webdesigner, grafisch vormgeefster en schrijfster noemen.
Gelukkig

Ik heb het idee dat ik (hierdoor) midden in de maatschappij sta, dat ik er ook mag zijn en mag meedoen – dit in tegenstelling tot de periodes dat ik een te hoge dosering medicatie/overbehandeling kreeg.

Sinds 15 juli 2015 ben ik gelukkig getrouwd met mijn man Carlos. We wonen nu al vijf jaar samen in een bovenwoning met drie slaapkamers in de buurt van Groningen-centrum, en we hebben twee huisdieren: een parkietje genaamd Croky en een cavia genaamd Piepertje. Croky en Piepertje zijn dikke vriendjes met elkaar.
We hebben een rijk sociaal leven en ook onze band met (schoon)familie is goed.
We hebben allebei een psychosegevoeligheid maar het gaat met ons beiden goed. Carlos werkt ook.
Ik ben zo nu en dan nog steeds met ‘verlichting’ bezig (vooral middels het lezen van boeken) maar weet op tijd de rem erop te zetten zodat het niet doorschiet.
Mijn websites

Mijn waan en ik - Lilian Korpel

Mijn klachten begonnen toen ik van 2003 tot eind 2006 werkzaam was als contactpersoon voor aannemers, onderaannemers en uitzendbureaus. Deze baan was voor mij te moeilijk met als gevolg dat ik drie jaar op mijn tenen liep. Helaas kon ik niet bij de leiding aangeven dat ik het niet aankon, want diezelfde leiding had gezegd dat ik het wel kon. Ik werd steeds magerder en als mensen daar naar vroegen, zei ik dat het door angst kwam, maar niet precies waarvoor ik zo angstig was. Die angst was sluipenderwijs ontstaan.
In de loop van 2005 werd het steeds drukker in mijn hoofd en was ik regelmatig ziek. Een jaar later was ik al van dat moeilijke werk afgehaald door een nieuwe teamleider, maar dat heeft een psychose niet voorkomen. Achteraf gezien had ik in 2007 ook al last van stemmen, was ik heel angstig en achterdochtig en moest ik gedurende zes weken verzuimen op het werk. Toen kreeg ik van de huisarts het medicijn Citalopram. Dit hielp goed. Echter, ik heb dit na zes maanden afgebouwd in overleg met mijn huisarts, omdat ik kilo’s aankwam. Na drie maanden resulteerde dit in een psychose.
Achtervolgd
Thuis was ik alleen maar bezig met het nakijken van mijn rookmelders, want daar zouden een microfoon en camera in zitten. Ik werd gezocht door mensen van mijn werk, want ik had wat fout gedaan; ik wilde van 11 hoog naar beneden springen, omdat ik achtervolgd werd. Althans, in mijn hoofd. Maar voor mij was het levensecht.
Eind oktober 2008 werd ik opgenomen in het UMC St. Radboud te Nijmegen, op opname 4, ook wel Aurora 4 genoemd, een gesloten afdeling. Ik was – achteraf gezien, want op dat moment had ik dat niet door – volkomen in de war. “Van het padje”, zoals een zus van mij dit ook wel noemde. Zij bracht mij weg, nadat we op diezelfde dag naar mijn huisarts waren geweest en naar de crisisdienst. Het was moeilijk met mij een gesprek te voeren, want ik praatte bijna niet meer. Alles wat je zegt, kan immers tegen je gebruikt worden. Dat was een idee dat ik al langer had. Bovendien had ik, vanuit mijn werk, geheimhoudingsplicht.
Angst
Eerst kwam ik op een kleine kamer met oranje- en rood-tinten. “Hier blijf ik niet”, schijn ik gezegd te hebben. Veel later kon ik uitleggen, dat dat met die kleuren van doen had. Die riepen angst op. Ik werd naar een andere kamer gebracht met blauw zeil op de vloer en gordijnen met blauw en groen. Die kamer was ruimer. Dat was goed. Ik was zo angstig en praatte verder niet meer. Eten deed ik ook nauwelijks. De eerste nacht van mijn opname kan ik me nog goed herinneren. Er was een heel jong uitziende verpleegkundige. Haar leeftijd schatte ik op een jaar of 14. Zij had nachtdienst, was in mijn beleving incest-slachtoffer en er was ook een man op de afdeling, die haar beschermde, dacht ik. Ik wilde van haar geen medicijnen aannemen; ik kon toch geen medicijnen aannemen van een kind?! Ook haalde ik die nacht steeds het beddengoed af, want ik ging niet in dat bed liggen. Er zouden deurwaarders komen die mij met bed en al mee zouden nemen.
Dubbelspion
Ik mocht ook niets uit de kast halen, want alles was geteld door diezelfde deurwaarders en in beslag genomen. Dit gebeurde slechts in mijn hoofd; praten deed ik niet. Ik dacht ook dat de teamleider die ik op dat moment had, dubbelspion was. Mijn familie zou ook opgepakt worden en worden gedood, om hetgeen ik fout had gedaan. Mijn moeder moest het dubbele eten van alles wat ik niet at. Na mijn werk zou ik, als ik klaar was, verder moeten werken bij aannemers tot ’s avonds laat. Mijn familie was gevangengenomen en liep in optocht voor het Radboudziekenhuis langs. Voor de huiskamer van opname 4. Zij werden uiteindelijk ook op mijn afdeling vastgehouden en zouden met gebouw en al met een hijskraan worden opgetakeld en worden weggevoerd naar een verlaten gebied. Ik zag ook een vrouw aan een kruis hangen, die onder het bloed zat. Dit zag ik op de afdeling overigens ook in een krant staan. Het ging over mij en toch ook weer niet. Een vriendin met wie ik al lang geen contact had gehad was ook in die woonkamer van de afdeling en zat aan tafel.
Kortom, het was een warboel in mijn hoofd. Weet ik nu. En de hoofdoorzaak lag in het werk, dat ik deed.
Psychose

De diagnose werd mij op papier uitgereikt: “Wij denken dat jij een psychose hebt” , was het oordeel. Wie, ik?

Lilian Korpel

Ik, die ooit werkte als verpleegkundige en ook in de psychiatrie had gewerkt en met mensen met een verstandelijke beperking. In mijn puberteit nooit last van gehad.

Een psychose? Al snel werd uitgelegd wat dat is en wat er gebeurt in je hoofd. Voorlopig mocht ik niet naar huis. Ik heb heel wat keren met mijn weekendtas voor de gesloten deur gestaan. Totdat ik een IBS (inbewaringstelling) kreeg van 3 weken. Ik heb überhaupt veel gestaan en bewoog ook steeds minder. Elke dag kwamen mijn twee oudste zussen, om beurten. Op verzoek van de verpleging aten ze ’s avonds ook een poos mee; ik at immers nauwelijks en met die medicijnen die ik kreeg – Seroquel, Imipramine en Oxazepam – moest ik wel eten. Ze hebben mij ook weleens in bed geduwd, maar daar kwam ik na een half uur weer uit, om vervolgens weer dagen te staan. Dat staan deed ik op mijn werk ook de laatste tijd. Ik had momenten dat ik niet in beweging kon komen. Op de afdeling hing een wit bord, waarop onze namen stonden met de naam van de begeleidende verpleegkundige van die dag. Ik veegde mijn naam steeds uit toen ik eenmaal in de woonkamer durfde te komen. Al met al heb ik 8 weken op de gesloten afdeling doorgebracht en nog eens 8 weken op de open afdeling, Aurora 6. Op de gesloten afdeling liep alles heel gestructureerd. Er was veel contact met mijn twee oudste zussen. Ik heb heel veel steun aan hen gehad en heb dat nog steeds.
Diagnose en nabehandeling
Begin 2009 kreeg ik van de psychiater te horen dat ik een schizo-affectieve stoornis heb.
Na mijn opname in het Radboudziekenhuis ging ik naar de ggz, oftewel Pro Persona. Daar volgde ik, gedurende een jaar, een wekelijkse training “Omgaan met psychotische verschijnselen” (een Liberman-training), waar ik veel aan heb gehad. Ook had ik gesprekken met een sociaal-psychiatrisch verpleegkundige. De Seroquel heb ik verwisseld voor Aripiprazol, en de Imipramine is nog iets opgehoogd in mei jongstleden. Maar het gaat nu goed. Ik heb een evenwichtig leven; kan het werk dat ik doe goed aan (administratief medewerker bij een overheidsinstelling). Ik werk zelfs 36 uur. Dat is veel, maar het geeft wel structuur op een dag. Ik ben nog wel achterdochtig als ik moe ben. Vooral op het werk; denk al snel dat men over mij praat, als ik geroezemoes van collega’s hoor. Ik ben niet meer in behandeling bij Pro Persona, maar wel bij mijn huisarts. Mijn huisarts uit die periode is helaas overleden. Ik woon nog wel begeleid zelfstandig met op dit moment een minimum aan begeleiding.
Het enige waar ik heel erg van baal is mijn overgewicht. Ik ben meer dan 30 kilo aangekomen onder invloed van de Seroquel en Imipramine en ik krijg het er bijna niet meer van af. In het verleden heb ik een eetstoornis met ondergewicht gehad, waarvoor ik bijna 15 maanden opgenomen ben geweest in het UMC Utrecht. Maar dat is een ander verhaal. Het maakt het wel extra lastig dat ik nu obesitas heb.

Geloof in mezelf - Petra Ybeles Smit

Ik heb al vanaf mijn 12e jaar last van zware depressies en angststoornissen. Sinds 21 jaar heb ik daar gelukkig werkende medicatie voor. Dat maakt mijn leven een stuk draaglijker. Niet dat de depressies en de angsten daarmee weg zijn. Dat verwacht ik ook niet. Maar, zoals gezegd, ze maken mijn leven een stuk draaglijker en plezieriger.
Ik ben nu 54 en dat betekent dat ik pas werkzame medicijnen kreeg op mijn 33e. De 21 jaar daarvoor liep ik onbehandeld rond. Dat was vreselijk. Ik was permanent ten prooi aan zware depressies en angststoornissen. En ik kreeg er ook op den duur zware psychosomatische ziekteverschijnselen van. Als ik mijn leven voor de werkende medicijnen vergelijk met daarna is het verschil levensgroot. Dus ik weet het wel in mijn leven, geef mij alsjeblieft dagelijks mijn pillen. De beperkte bijwerkingen neem ik wel voor lief.
Sterke geest
Maar de pillen zijn natuurlijk niet het hele verhaal. Lang niet. Ik heb gelukkig ook een hele sterke geest, waardoor ik wat er nog aan depressieve en angstige klachten is, wat makkelijker kan dragen. En ik heb een wat zwart en cynisch gevoel voor humor, waarmee ik in de meeste situaties nog wel een amusementswaarde kan zien. En ik heb me een stevige dagstructuur aangeleerd: iedere ochtend word ik tussen 5 en 7 uur wakker met angsten in mijn lijf. Ik weet inmiddels dat dit bij het tijdstip van de dag hoort. Ik probeer dan rustig te blijven en dan val ik vanzelf wel weer een keer in slaap. Maar dit komt dus iedere dag terug. En als ik dan tegen 10.00 uur opsta, voel ik me iedere dag opnieuw depressief. Ik moet me dan iedere dag opnieuw weer bij mijn lurven grijpen en mezelf dwingen om onder de douchen te gaan en schone kleren aan te gaan trekken. En dan in de woongemeenschap waar ik woon met anderen koffie te gaan drinken. Dan trekt in de loop van de ochtend mijn stemming wel bij.
Naastenliefde
Een grote steun is voor mij ook mijn geloof en mijn vrijwilligerswerk. Mijn geloof is in die zin een steun dat ik geloof dat ik het in mijn leven niet alleen hoef te doen. Ik ben christelijk gelovig en theoloog. Voor mij zijn naastenliefde en mededogen heel belangrijk in de omgang met de mensen om mij heen. Dat geeft steun. En ik heb het sterke gevoel dat God mij ook steunt. Dat ergens door de kosmos een energiestroom loopt van God naar mij waardoor ik psychisch overeind blijf. Ik heb sterk het gevoel dat als ik alleen van mezelf afhankelijk zou zijn, ik het psychisch en in mijn leven niet zou redden.
Vrijwilligerswerk

Zoals gezegd is ook mijn vrijwilligerswerk heel belangrijk voor me. Dat was het ook voor mijn herstel. Ik heb me indertijd zonder aparte professionele steun gereïntegreerd en mijn leven na zoveel jaren permanente depressies en angststoornissen weer opgepakt en opgebouwd. En zelfs heb ik nog een aantal jaren op landelijk niveau betaald als beleidsmedewerker gewerkt. Tot mijn lichaam het opgaf en ik moest stoppen.

Petra Ybeles Smit

Pas achteraf besefte ik in de loop van de tijd hoe apart dat was. Maar als lichamelijk gehandicapte en chronisch zieke vanaf mijn geboorte had ik al ontzettend veel in mijn leven zelf uit moeten zoeken. Omdat er niemand was die mij in mijn situatie advies kon geven. Dus dat ben ik met mijn psychische problemen en later herstel en reïntegratie ook gaan doen. Goed of slecht, maar dat is hoe het ging.

Houvast
Ik heb altijd in veel besturen van maatschappelijke, kerkelijke en politieke organisaties gezeten. Dat kon ik goed en dat was te combineren met mijn lichamelijke en psychische gezondheidsproblemen. Want ik merkte dat ik vanuit een heel ander deel van mijn geest bestuurlijk werk deed, dan het deel van mijn geest dat zo ziek was. Dus dat was een houvast voor mij toen het slecht met me ging, en een goed beginpunt toen het veel beter met mij begon te gaan. En ik heb naast theologie ook nog een doctoraal bestuurskunde gehaald. Die computer in mijn hoofd werkte wel door. Ook dat was een houvast voor mezelf.
Intuïtie
Als ik het hele verhaal samenvat, dan kom ik op het volgende uit: ik heb altijd vertrouwd op mijn intuïtie. Het innerlijke richtingsgevoel dat ondanks alles toch steeds in mij de goede richting aangaf van wat ik moest doen. Ook al kon ik het lang niet altijd rationeel beargumenteren. En ik heb altijd gedaan wat ik zelf wilde. Ik heb goed naar anderen geluisterd en deskundigen serieus genomen. Maar vervolgens wel altijd mijn eigen conclusies getrokken en stappen ondernomen. Ik geloofde in mezelf. En dat zou ik een ieder ook aanraden.
Scroll naar boven